We stellen af en toe grenzen aan het spelen tijdens het eten. Zo ook vanochtend waar Mette met haar jong belegen kaas (“Ik vind jong belegen kaas lekker”) in de melk wil soppen.
– “Dat mag niet”, is onze duidelijke boodschap.
– “Ik wil het toch”, probeert Mette nog.
– “Ik zou ook wel eens wat willen”, plaats ik haar wens in een groter kader: “Ik zou wel eens ondersteboven met mijn hoofd in de chocolade willen staan.”
Even blijft het stil.
Dan verwoordt Mette haar verbeelding: “Dat kan niet, want daar is je hoofd te groot voor.”