Het is zaterdagochtend. Kwart voor zeven. Uitgeslapen dus vanochtend. Terwijl Mette nog ligt te pruttelen en te brabbelen in haar bed zoek ik uit het aanbod van zes spenen de juiste om een fles klaar te maken. Er zijn al heel wat flessen doorheen gegaan en terwijl ik deze klaar maak sta ik daar bij stil.
Wat een veranderingen maakt Mette door de afgelopen weken. Even later is ze uit bed, zit ze op mijn arm en maken we de rest van de fles klaar in de keuken. Ze neemt zorgvuldig waar wat ik doe. En van ongeduldig schreeuwend om voeding – nog geen vier weken geleden, stralen even later twee donkere prachtige kijkers me geduldig aan wanneer de fles – zittend op de bank – richting haar mond komt. Ze is graag bereid met haar grijpgrage handen de richting aan te geven en bereidwillig als ze is heft ze haar hoofd behulpzaam richting de tuit van de speen. Fijn, zoveel hulp!
Terwijl ze zich beheerst, maar ook vol overgave toelegt op het verorberen van haar ruim 180 cc melk, streelt haar linkerhand over mijn nieuwe wollen trui. Onder die trui smelt ik bijna van tevredenheid en geluk. De band die ontstaat is wordt steeds meer wederzijds geuit en Moeder Natuur is daarin wel heel bijdehand! De rechterhand speelt ondertussen met mijn wijsvinger en gaat als pianospelend met een rozenkrans af en toe ook over in een ferme omklemming.
De fles trekt ondertussen vacuüm en met gezonde tegenzin stemt Mette in met een korte pauze. Ze verliest daarbij de fles niet uit het oog en zodra er ook maar een lichte boer weggewerkt is, reiken haar handen naar de fles die binnen handbereikt lijkt. Enthousiast en rekkend wordt ze vooral nog belemmerd door haar kleine motoriek en dus help ik haar weer snel in de juiste positie.
Na 3/4 van de fles gaat de vredige houding over in een ongemakkelijk gekreun en gekronkel. Er is een poepluier in aantocht. In een serene rust wordt het laatste deel van de fles vervolgens gedronken, waarbij de luchtzuigende en dus piepende speen aankondigt dat het nu echt gedaan is met de pret. Een lichte teleurstelling is in haar ogen af te lezen.
Nadat ze zich op de doek op mijn schouder heeft genesteld starten we de verdrijving van de laatste grote boer. Onder zware ademhaling is een intern gevecht bezig om de zojuist geïnhaleerde lucht er nu anti-peristaltisch uit te werken. Zodra dat resulteert in een – vandaag schelle luide – boer, schakelt Mette’s ademhaling naar een rustiger frequentie. Er volgt een ontspannen gaap.
Zo die fles zit er in. Nu op naar de box: spelen!